De New York Times meldt dat de Amerikaanse Federal Trade Commission heeft geconstateerd dat verschillende sociale media en streamingdiensten consumenten meer dan uitgebreid in de gaten houden. Ze verzamelen meer persoonlijke data (en delen die) dan gebruikers zich realiseren.
▼
De bevindingen van de Federal Trade Commission (FTC) komen uit een onderzoek naar hoe negen bedrijven – waaronder Meta, YouTube en TikTok – consumentendata verzamelen en gebruiken. De sites gebruiken de data voor doelgerichte advertenties op basis van demografie. De sites namen het daarbij niet zo nauw met de bescherming van data, vooral als het gaat om kinderen en tieners.
Techreuzen zijn de afgelopen jaren gedeeltelijk verantwoordelijk gehouden voor de geestelijke gezondheidscrisis onder jongeren en kinderen als gevolg van intensief gebruik van sociale media en smartphones. Maar ondanks alle voorstellen in het Amerikaanse Congres tot het hanteren van strengere privacy en online veiligheid van kinderen, zijn alle juridische pogingen om Big Tech te reguleren mislukt. En bedrijven doen daar niet zelf voor onder, concludeerde de FTC: ‘Zelfregulering is mislukt.’
Happig op data
De FTC constateerde dat de bedrijven nogal happig waren op data en ook vaak informatie kochten over mensen die geen gebruikers waren. Ze verzamelden ook informatie van accounts die aan andere diensten waren gekoppeld. De meeste platforms verzamelden leeftijd en het geslacht, en de taal die door de gebruikers werd gesproken. Veel platforms verzamelden ook informatie over opleiding, inkomen en burgerlijke staat. Vervolgens maakten de platforms het de gebruiker niet makkelijk om zich af te melden voor de dataverzameling en ze bewaarden gevoelige informatie vaak veel langer dan nodig was. Data werden gebruikt om profielen aan te maken – vaak door data te koppelen aan gedrag op andere sites. En dat alles om advertenties voor te schotelen.