Het kabinet wil dat de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) het toezicht op algoritmes op zich gaat nemen, maar de weerstand daartegen neemt toe, meldt het FD. Corien Prins, voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, wil dat het toezicht wordt ondergebracht bij de toezichthouders per sector.
Het kabinet is van plan het toezicht op AI onder te brengen bij de AP, en die instantie krijgt er vanaf volgend jaar één miljoen euro voor, wat kan oplopen tot ruim 3,5 miljoen in 2026.
De bezwaren van Corien Prins worden gedeeld door Lokke Moerel, hoogleraar ICT-recht en advocaat bij Morrison & Foerster. Andere experts waren al eerder kritisch.
‘We passen algoritmes overal toe, van het aansturen van sluizen tot het verlenen van zorg’, tekent het FD uit de mond van Prins op. ‘Heel veel van die toepassingen hebben niets met privacy te maken. De vraag is waarom het dan bij de AP thuishoort. Wat gaat de AP doen met algoritmes die niet over privacy gaan?’ Moerel ziet het al een utopie dat één autoriteit toezicht kan houden op algoritmes in alle sectoren, zeker als de kennis per specifieke sector niet aanwezig is.
Als het aan Prins ligt komt het toezicht op algoritmes terecht bij de afzonderlijke toezichthouders, zoals De Nederlandsche Bank of de Nederlandse Zorgautoriteit. De toezichthouders moeten dan wel ‘met een eenduidig toetsingskader komen in plaats van dat iedereen het wiel weer zelf gaat uitvinden’, zegt Prins.
De AP laat zich, volgens het FD, niet uit over de kritiek dat het toezicht op algoritmes beter per sector geregeld kan worden. Toezichthouders worden betrokken bij de opzet van de algoritmewaakhond en leveren geen bevoegdheden in, zegt de AP. ‘Het wordt een toevoeging, waarmee het kabinet wil voorkomen dat er iets tussen wal en schip valt.’