Generatie Z is inmiddels actief op de werkvloer, terwijl Generatie Alpha haar eerste stappen zet in de digitale wereld. Deze twee generaties verschillen meer dan één decennium suggereert. Waar Gen Z nog zoekt naar authenticiteit en waarden, verwacht Gen Alpha moeiteloze technologie en directe interactie.
▼
Van waarden naar snelheid
Gen Z groeide op in een tijd van maatschappelijke onrust, klimaatbewustzijn en online zelfexpressie. Voor hen telt geloofwaardigheid: merken moeten ergens voor staan.
Gen Alpha, geboren na 2010, kent die twijfel nauwelijks. Ze zijn opgegroeid met spraakassistenten, AI-avatars en instant personalisatie. Ze verwachten dat alles, van aanbevelingen tot campagnes, direct aansluit op hun voorkeuren zonder erom te hoeven vragen.
Wat vraagt dit van data en marketingprofessionals?
Voor professionals betekent dit dat de regels voor dataverzameling, segmentatie en communicatie snel veranderen. Waar Gen Z nog openstaat voor storytelling en merkwaarden, reageert Gen Alpha vooral op gemak, interactie en spel.
AI-gedreven personalisatie zal een sleutelrol spelen, maar alleen als die aansluit op de ethiek en privacyverwachtingen van een generatie die al jong leert wat data betekent.
Een generatie als datapunt
De grootste uitdaging voor organisaties is om niet te blijven hangen in oude modellen. Jongeren zijn niet één doelgroep, ze vormen een mozaïek van datagedreven identiteiten die voortdurend verschuiven. Wie beide generaties begrijpt, ziet hoe marketing en dataverzameling de komende tien jaar zullen veranderen.

